Lachen in therapie

Ik had vandaag opnieuw een EMDR-sessie. Het was wederom 34 graden buiten en niet veel kouder in de therapiekamer. Ik stapte met weemoed naar binnen en zag dat het materiaal voor het lampje dat ik moest gaan volgen al werd uitgepakt. Mijn therapeute schonk een glas water voor me in. Ze gaf aan dat we verder zouden gaan met een nieuwe situatie en dat we die hetzelfde zouden doorlopen als de vorige keer gedurende EMDR. Ik zei: “Ooh geen nieuwe wetenschappelijke inzichten dat EMDR nu anders gaat?” Mijn therapeute glimlachte even, en we begonnen de sessie..

Ik neem humor overal wel mee naar toe. Ik zet het graag in om het ijs te breken of de spanning wat te doen verlagen. En zo is dat ook automatisch het geval bij therapie. Ik worstel er soms alleen mee hoe ongepast het gebruik van humor in therapie is. Je gaat niet naar therapie om te lachen. Je gaat er ook niet heen omdat het allemaal zo goed gaat. Bovendien heb je in 45 minuten helemaal geen tijd om grapjes te maken, omdat er veel belangrijke dingen te bespreken en te behandelen zijn.

In Lunteren werd humor vaak als een beschermer van mij bestempeld. Ik maakte te veel grappen om maar niet over mijn echte gevoelens en emoties te hoeven praten. Ik was de lolbroek, en zo ontkende ik mijn probleem werd er vaak gezegd. Ik vond het moeilijk dat humor ook al als iets negatiefs van mij werd bestempeld. Mijn beetje eigenwaarde kwam soms voort uit het feit dat overal waar ik kwam mijn humor wel gewaardeerd werd. Dit verdween toen ook als sneeuw voor de zon.

Later in mijn proces in Lunteren heb ik wel in kunnen zien wat werd bedoeld. Ik kon humor op een gezondere manier inzetten en op wat meer gepaste momenten. Niet te midden van een imaginatie, maar wel aan een begin van een sessie om het ijs te breken. En zo denk ik inmiddels dat dit prima kan in therapie. En niet per se alleen aan het begin. Het kan ook te midden in de sessie, maar natuurlijk niet midden in een oefening, de beschrijving van een heftige situatie of net als moeilijke emoties loskomen.

Gedurende schematherapie spreek je soms bepaalde moeilijke “ouder” boodschappen tegen. Dit gebeurt soms heel theatraal door er naar te schreeuwen of door een stoel buiten de kamer te zetten. De eerste keer is dit best wel vreemd om te zien en komt dit soms humoristisch over. Hier mag dan om gelachen worden, maar het is wel belangrijk dat dit uiterst serieus wordt genomen, omdat dit daadwerkelijk kan bijdragen aan het ombuigen van deze negatieve boodschappen.

Ook zelfspot is mij niet vreemd en is naar mijn mening uitermate geschikt bij bespreking van psychische problemen. We nemen onszelf al veel te serieus. In Lunteren heb ik menig zelfspot grapje gemaakt over suïcide. Voor veel therapeutes ging dit te ver. Echter was het voor mij ook vaak een goede manier om te relativeren. Zelfspot over suïcide gaat in de therapiekamer wellicht wat ver. Maar een zelfspot grapje buiten de therapiekamer zouden we allemaal eens wat vaker moeten maken!

Kortom, natuurlijk mag humor in de therapiekamer! Therapie is al moeilijk en zwaar genoeg. Je gaat er niet heen voor je lol. En vaak betaald de maatschappij er door middel van bijdrage van de zorgverzekering er een steentje aan bij. Het moet dan ook uiterst serieus genomen worden. Maar bovenal mag een geintje best. Een dag niet gelachen is een dag niet geleefd. En met de worsteling met suïcidale gedachtes, is het juist uiterst verstandig om een dag wel weer te lachen, wat dan leef je tenminste nog. Lachen in therapie mag dus zeker, maar de timing en strekking van de grap zijn daarbij wel heel erg belangrijk!

 

tommie345

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.